Lijden

Maar wat voor lijden wij hier ook doormaken, het valt in het niet bij de schitterende heerlijkheid, die God ons straks zal laten zien.

Romeinen 8:18

In de wereld komt lijden en pijn voor. Dit geldt voor christenen net als voor niet-christenen. De hele schepping valt nu onder de macht van dood en verval. Maar er is hoop! De schepping zal bevrijd worden uit de macht van dood en verval. Maar die tijd is nu nog niet gekomen. We zullen voor nu dus moeten omgaan met het lijden dat op ons pad komt.

Maar staan we hier alleen voor? Zeker niet! In Romeinen 8:26 zegt het als volgt:

De heilige Geest steunt ons als we het moeilijk hebben. Wij weten niet welke bedoeling God heeft met ons lijden. En we weten daarom niet wat we moeten bidden. Maar de heilige Geest zelf bidt voor ons, beter dan een mens het ooit zou kunnen. Zo smeekt hij God om ons te helpen.

In Romeinen 8 staat nog meer wat de heilige Geest voor ons kan doen. Ik kan zeker aanraden om dit eens te lezen.

Terugkomend op het lijden. Wij weten dus niet wat de bedoeling van het lijden is. Het kan zijn dat we met die ervaring anderen later weer kunnen bemoedigen, of dat we hierdoor mensen ontmoeten die anders niet op ons pad waren gekomen. Vaak zien we pas achteraf wat de bedoeling was. Maar ja, daar heb je niet veel aan als je op dat moment in de put zit of moet lijden. Daarom is het de Geest die voor ons bidt, hij kent namelijk wel de bedoelingen en kan dit bij God brengen, zodat het lijden niet erger wordt dan wat nodig is voor het plan wat er achter zit.

Belangrijk is dat we in ons lijden Jezus voor ogen houden. Dit staat als volgt in Romeinen 8:35

Wat kan ons ooit van de liefde van Christus scheiden? Onderdrukking? Nood? Vervolging? Honger? Ontbering? Gevaar? De dood?

Niets wat we op aarde te voortduren krijgen kan ons scheiden van de liefde van Jezus. Zelfs de dood niet. Wij mogen weten dat ook met lijden dat we meemaken dit bruikbaar is voor God. Hij maakt recht wat krom is. En van slechte omstandigheden maakt hij goede omstandigheden.

Eén ding weten wij: voor wie Hem liefhebben laat God alles meewerken voor hun bestwil, want Hij heeft een plan met hen.

Romeinen 8:28

Tegenslag

Ik kijk naar de bergen. Vanwaar zal er hulp voor mij komen?

Psalm 121:1

Soms gaan we door een dal heen in het leven. Dan lijkt alles tegen te zitten, of hebben we een situatie die onmogelijk opgelost kan worden. In een dal is geen uitzicht, bergen aan alle kanten; het is er donker en koud. Er wordt wel eens gezegd dat als je het diepste punt van het dal bereikt hebt, dat het dan nog alleen maal bergop kan gaan. En hoewel dat op zich wel waar is, wordt vaak vergeten, dat bergaf lopen zo makkelijk ging, en dat het bergop lopen meer moeite kost.

In het dal heb je geen overzicht, je kan niet alle opties zien. Gelukkig is er altijd iemand die wel het overzicht heeft en die je door het dal heen wil helpen. In het dal besef je dat niet en lijkt elke stap alleen maar moeilijker te zijn. Juist dan is het belangrijk om te blijven vertrouwen op de weg die je gewezen wordt. Als je zelf een kant op wilt en je ziet dat die geblokkeerd wordt, dan wil dat zeggen dat er een ander pad is dat beter geschikt is. Dit zien we echter pas achteraf. Wanneer je dan uiteindelijk uit het dal bent en terug kijkt, zal je zien dat van alle kanten die het op had gekund je de juiste kant op geleid bent.

Op de bergtop heb je uitzicht en kan je zien waar andere toppen liggen. Je kan dan bewust kiezen op welke top je je wilt richten. Besef echter wel, dat de weg naar elke volgende top weer door een dal gaat. Een dal hoeft niet per se als vervelend te worden ervaren. Als je leert op God te vertrouwen bij elk dal, dan kan je zonder angst door het dal. Dat wil niet zeggen dat de stappen bergop makkelijk zullen worden of dat het dal opeens minder diep is. Het geeft vooral de zekerheid dat als je je door God laat leiden Hij je via de beste weg leid naar de volgende bergtop. Zo kan je er bij de volgende bergtop achter komen dat het een andere berg is geworden dan je in gedachten had. Achteraf zal je dan zien dat de bergtop waar je bent uitgekomen beter was dan de bergtop die je wellicht zelf in gedachten had.

Uit persoonlijke ervaring kan ik spreken dat ik meermaals heb meegemaakt dat ik een pad had uitgestippeld en dat ik toch ergens anders terecht ben gekomen. En elke keer dat dat gebeurd is, was het resultaat beter dan ik had durven verwachten.

God leidt; aan ons is het de keuze of wij volgen. Wij kunnen kiezen om rondjes te blijven lopen in een dal, of om stug een bepaalde kant op te blijven sturen. Pas als we Gods weg volgen zullen we soepel door de dalen heen lopen. Zoals Jona probeerde zijn eigen weg te gaan (tegen Gods plan in), zo kunnen ook wij dit proberen. Maar evengoed als dat Jona via een omweg toch uitkwam waar hij moest zijn, zo zullen ook wij bijgestuurd worden om toch op die plek te komen die God voor ons voor ogen heeft. En net zoals Jona zelf tot inkeer moest komen in de walvis, zo zullen ook wij elke keer bewust de leiding van God moeten accepteren om uit het dal te komen. Als wij zo Zijn weg volgen kunnen we vol vertrouwen door elk dal heen komen op weg naar elke volgende bergtop.

Al ga ik door een diepdonker dal, ik hoef geen gevaar te duchten, want u, Heer, bent bij me, uw staf en uw stok beschermen mij.

Psalm 23:4