Wat zegt de Bijbel ons vandaag?

Waar gelovigen bijeenkomen, moeten vrouwen zwijgen. Zij mogen niet spreken, maar moeten zo nederig zijn dat aan de mannen over te laten. Dat staat trouwens ook in de wet van Mozes.

1 Korintiërs 14:34

We leven tegenwoordig in een andere tijd als waarin de Bijbel werd geschreven. Ook leven we in een andere cultuur en is de maatschappij ook flink veranderd. Dit alles moeten we mee in overweging nemen wanneer we woorden uit de bijbel lezen. We kunnen teksten niet zomaar te pas en te onpas letterlijk toepassen. De boodschap moet worden vertaald naar hedendaagse begrippen. Dit staat los van een nieuwe Bijbelvertaling waar de woorden meer hedendaags zijn. Waar ik hier op doel is het vertalen van de boodschap.

De BGT vertaling zegt onder andere het volgende: “Trouwens, overal waar groepen mensen bij elkaar zijn, moeten de vrouwen zwijgen.” Dit is in de hedendaagse maatschappij niet voor te stellen.

Dit stuk illustreert heel duidelijk dat we niet alleen de woorden, maar ook de boodschap moeten vertalen. Hiervoor kan je bijvoorbeeld naar een kerkdienst gaan, waar tijdens de preek door de voorganger de boodschap vertaald wordt naar hedendaagse begrippen, zodat we dit ook in ons leven kunnen toepassen. Termen als oogst en knecht zijn voor de meeste mensen geen relevante onderwerpen meer. In de tijd van de Bijbel waren dit echter gangbare begrippen. Evenzeer zijn termen als slaaf en meester niet meer van deze tijd (gelukkig maar). Hiermee wil ik niet zeggen dat er geen slavernij meer is, nee dat zeker niet! Maar het is niet meer dat slavernij een geaccepteerde situatie is, zoals het in die tijd wel was.

Nu ga ik een poging doen om het vers over zwijgende vrouwen te vertalen naar hedendaagse begrippen. In die tijd was het ongebruikelijk om ongehuwd te blijven, als je niet trouwde leek het als of er iets mis was, dit is iets wat vandaag de dag anders in elkaar zit. De vrouw was in die tijd ondergeschikt in aan haar man, en er werd vaak (ten onrechte!) gedacht dat ze niet slim waren. Als het dus gaat om het stuk dat vrouwen niet mogen praten in de kerk, dan wordt bedoeld dat mensen die niet weten/begrijpen waar het over gaat (ongeacht geslacht, leeftijd, afkomst of andere zaken) beter niets kunnen zeggen tijdens de dienst. En dat deze mensen dan naderhand aan hun man (of vrouw of andere familie of vrienden of de voorganger) nadere uitleg kunnen vragen, zodat hiermee de dienst zelf niet verstoord wordt.

We moeten dus alert blijven wanneer iemand met Bijbelteksten komt zonder deze te vertalen. Dat is het zelfde als een recept opnoemen zonder de hoeveelheden erbij. Dan lijkt het wat te zijn, maar stelt het uiteindelijk niet veel voor. Twijfel je over een betekenis van een Bijbeltekst, vraag dan eens rond bij je vriendenkring, of misschien ga je naar een Bijbelstudiegroep en kan je het daar vragen. Je kan ook altijd naar je voorganger (of naar een andere voorganger als je dat liever hebt) om je vraag voor te leggen. Let wel, niemand is perfect en het kan ook voorkomen dat zelfs een voorganger niet altijd het antwoord paraat heeft.

Wat je in ieder geval kan blijven doen, is regelmatig de Bijbel blijven lezen. En mocht je iets lezen dat je niet begrijpt ga dan even met een ander stuk verder en keer dan later terug. God zal je te zijner tijd het inzicht geven om de boodschap die bedoelt is uit de tekst te halen (of de mensen sturen die je hierbij kunnen helpen).

Doe geen goed voor aandacht

Denk erom dat u Gods wil niet doet om op te vallen bij de mensen. Want dan zal uw Vader in de hemel u er niet voor belonen.

Matteüs 6:1

In Matteüs 6 staan een aantal zaken genoemd. Het begint met een waarschuwing; dat je niet goed moet doen om op te vallen. Je mag goed doen, maar dan niet voor eigen roem, maar enkel tot eer van God. God die in het verborgene ziet zal je er dan voor belonen. Doe je echter alleen maar goed voor je eigen roem, dan heb je je beloning al ontvangen.

Zo gaat het om een aantal zaken waarover dit van toepassing is. Bijvoorbeeld als je geld geeft, laat dit dan aan niemand weten. Dan kan God dit belonen, hier op aarde, of anders in het hiernamaals. Ook als je bid, doe dit dan niet op de hoek van de straat of midden op een plein, maar doe dit op een plek waar je alleen bent. Dat wil overigens niet zeggen dat je niet mag bidden in het openbaar. In dit hoofdstuk staat heel duidelijk aangegeven dat de motivatie niet moet zijn om zelf op te vallen. Zolang je dus een gebed uitspreekt tot Gods eer (en niet eigen eer), mag dit bijvoorbeeld ook op een hoek van een straat zijn. Je kan door een gebed mensen bemoedigen, dan werkt dat beter wanneer je samen met die ander bid. Ook hiermee kan je dan de eer aan God brengen, je krijgt de woorden immers van de Heilige Geest. Als je niet goed weet wat je moet bidden, dan kan je altijd terug vallen op het gebed dat Jezus ons zelf heeft geleerd in Matteüs 6:9-13.

Over vasten zegt Jezus hetzelfde, doe dit enkel tot Gods eer en niet om aandacht van mensen te krijgen. Zorg dat niemand merkt dat je vast. Dan zal God je belonen. Overigens kan vasten in vele vormen, maar dat is te veel om hier kort te kunnen noemen.

Jezus waarschuwt ook om niet voor geld te leven. Zoals het hier staat: “Je kunt niet trouw zijn aan twee bazen tegelijk”. Je zal altijd het een boven het ander kiezen. Vraag daarom eens aan jezelf. Zou ik voor 1 miljoen euro mijn God in de steek laten? Zou ik voor een ander bedrag God in de steek laten? Er wordt wel eens gezegd dat iedereen een prijs heeft, zo zou dit voor christenen niet moeten zijn. Hoeveel is een plek in de hemel waard? Kunnen we die kopen met miljoenen euro’s? Nee, alles wat we hier op aarde verdienen blijft hier op aarde achter. Behalve.. alles wat we in het verborgene voor anderen hebben gedaan. Daarvoor zullen we dan in de hemel beloning mogen ontvangen.

Behalve geld zijn er ook mensen die het leven zelf boven God stellen. Bedenk maar eens: als ik moest kiezen tussen nu sterven of zonder God verder leven, wat zou je dan kiezen? Vanaf vers 25 staat een stuk dat we ons geen zorgen moeten maken; niet over eten, over drinken over kleding. Zelfs niet over ons leven. We moeten zo leven dat we elk moment klaar zijn om de Heer te ontmoeten (hetzij op aarde bij Zijn wederkomst, of in de hemel in geval van onverwachts overlijden). Zoals we kunnen lezen hoeven we ons geen zorgen te maken over ons voortbestaan. Dit heeft God immers in de hand. Wanneer onze tijd dan komt mogen we met blijdschap bij hem komen. Voor elk van ons betekent dit dat of we het nu op aarde goed of slecht hebben, het in de hemel altijd beter zal zijn. Daarom hoeven we ook niet bedroefd te zijn als we naar onze Vader mogen gaan. We hoeven ook niet bedroefd te zijn wanneer onze geliefden naar de Vader gaan. Zij zijn dan immers op een betere, mooiere plek dan wij ons hier kunnen voorstellen.

Maak u geen zorgen voor de dag van morgen. Ook morgen zal God u weer geven wat u nodig hebt. Leef dus gewoon bij de dag.

Matteüs 6:34

Vader (moeder) liefde

Maar de vader liet hem niet eens uitspreken en zei tegen de knechten: ‘Vlug! Haal de mooiste kleren die we in huis hebben en geef hem die om aan te trekken. Geef hem een ring voor zijn vinger en een paar schoenen. Slacht het kalf dat we hebben vetgemest. Wij gaan feestvieren. Want mijn jongste zoon was dood en is weer levend geworden. Ik was hem kwijt en heb hem weer terug.’

Marcus 15:22-24

Valentijnsdag is gericht op gelijkwaardige liefde tussen twee personen. Mensen die in romantische zin verbonden zijn. Over verliefdheid, en om elkaar geven. Maar naast die vorm van liefde zijn er ook nog andere vormen van liefde. Zoals liefde voor een broer of zus of voor een goede vriend of vriendin. Dat heeft dan niet direct met romantiek te maken, maar je kan toch veel om die ander geven.

Een sterkere vorm hiervan is de liefde van ouders naar hun kinderen. Je wilt niet dat je kind iets overkomt. Er zijn genoeg ouders die hun leven zouden geven om dat van hun kinderen te redden. Ik wil hier wel ook gelijk bij zeggen dat mensen niet volmaakt zijn en dat dit niet in alle gevallen ook zo zal zijn. Maar doorgaans is dit wel het geval.

Het doet voor ouders ontzettend pijn wanneer een kind wegloopt, de ouders de rug toe keert. Als een kind dan na lange tijd terug komt zullen de ouders opspringen van blijdschap. Zoals in de intro te lezen is, wordt het teruggekeerde kind met open armen ontvangen en wordt er een groot feest gevierd.

Wij waren allemaal een verloren zoon of dochter. Immers hebben we allen gezondigd (verkeerde dingen gedaan, gezegd of gedacht). Hiermee zijn we allemaal weggelopen bij God. Dit was niet wat God wilde. Hij wilde dat de mensen dicht bij Hem zouden leven. Hij wilde dit zelfs zo graag, dat Hij zijn enige zoon ervoor opgeofferd heeft, zodat wij allemaal weer als kinderen naar God mogen gaan.

Het offer van Jezus herdenken we elk jaar weer met Goede Vrijdag, waarna we zijn opstanding dan weer vieren met Pasen. Hoe mooi is het dat de lijdenstijd begint op Valentijnsdag. De ultieme daad van liefde waar we vanaf Valentijn al naar uit mogen kijken.

Wanneer je denkt dat je niks waard bent of dat je maar een onbelangrijk persoon bent, besef je dan dat je voor God de moeite was om zijn Zoon te offeren, en dat je de moeite was voor Jezus om het offer te brengen. Zo veel houd God van je, zo veel houd ook Jezus van je. Zodat je niet verloren gaat, maar uiteindelijk eeuwig bij Hem mag wonen.

Want God had de wereld (ook jou!) zo lief dat Hij zijn enige Zoon gegeven heeft, opdat iedereen die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.

Johannes 3:16

Een lichaam

Wanneer één lichaamsdeel pijn lijdt, lijden alle andere mee; wanneer één lichaamsdeel met respect behandeld wordt, delen alle andere in die vreugde.

1 Korintiërs 12:26

In 1 Korintiërs 12:12-26 kunnen we lezen dat alle christenen samen één lichaam vormen, het lichaam van Christus. In een lichaam zijn alle delen nodig, hierbij is een voet niet belangrijker of minder belangrijk dan een oog of een hand. Een verzameling van alleen voeten kunnen we immers toch geen lichaam noemen, evenmin is het een compleet lichaam als bijvoorbeeld de voeten missen.

Belangrijk is om hier te realiseren dat elk onderdeel andere mogelijkheden en functies heeft, een oog kan niet ruiken, maar wel weer zien. Een voet kan niet horen, maar kan wel zorgen dat het lichaam zich kan verplaatsen. Zo is het ook met elke christen, allemaal kunnen we andere dingen die allemaal even onmisbaar zijn voor het lichaam.

Er zijn onderdelen die je niet aan de buitenkant ziet, maar die binnenin onmisbaar werk doen (bijvoorbeeld, het hart, maag, nieren, longen, darmen etc.) dit zijn dan bijvoorbeeld christenen die veel op de achtergrond werken. Het kan dan gaan over in alle stilte vanuit huis voor anderen bidden, activiteiten voorbereiden, anderen stilletjes helpen of de kerk schoonhouden. Daarnaast zijn er ook meer zichtbare delen van het lichaam (zoals armen, benen, ogen, oren etc.). Dit zijn dan de christenen die meer in het zicht staan. Dit kan bijvoorbeeld een muzikant in de kerk zijn, een voorganger, maar zeker ook iemand die aan groepen leiding mag geven (een zanggroep, gespreksgroep, werkgroep of welke andere soort groep dan ook).

Stel we halen een hand weg bij het lichaam. Dat zou dan zijn als een kerk waar geen voorganger is, en waar er ten tijde van de preek een lange stilte valt. Of wanneer de nieren missen, dat zou dan zijn alsof de mensen die de kerk schoonhouden er niet zouden zijn. Dan zou het huis van God in de kortste keren verstoffen. Hier kunnen we zien dat we allemaal nodig zijn, geen rol is onbelangrijk. Zelfs iemand die niet kan bewegen en niet kan spreken kan nog in stilte tot God bidden en kan ook daarmee zijn steentje bijdragen.

Net zoals een lichaam bloed nodig heeft om zuurstof naar alle lichaamsdelen te vervoeren, zo hebben christenen de Heilige Geest nodig die door hen werkt en waardoor de kracht wordt gegeven om de taak uit te voeren die ze hebben gekregen. We mogen weten dat we niet alleen een taak hebben gekregen, maar dat we daarbij ook alles mogen ontvangen wat we daarbij nodig gaan hebben. We zullen dus nooit voor onmogelijke opdrachten komen te staan. Hoe groot een obstakel ook zal lijken, God is altijd groter.

Ik wil graag afsluiten met een citaat die ik afgelopen week van een goede vriendin heb ontvangen:

Zeg niet tegen God hoe groot je problemen zijn, maar zeg tegen je problemen hoe groot je God is.